Moskee El Fath
Dekenaat/kerkverband: | Moskeeën |
Plaats: | Caberg |
Gemeente: | Maastricht |
Adres: | Sint-Lucassingel 70 |
Postcode: | 6217 JC |
Kadastrale gegevens: | Maastrcht L 3741 |
Bouwpastoor/bouwpredikant: | Islamitische vereniging Moskee El Fath |
Huidig gebruik: | Moskee |
Ruimtelijke context
De Marokkaanse moskee El Fath ligt midden in een woonwijk met onder andere flatgebouwen. Achter de moskee ligt een Turks cultureel centrum, dat gevestigd is in een verbouwde sportzaal, maar dat verder geen band heeft met de moskee. Voor de moskee ligt een parkeerplaats.
Type
Rechthoekige bakstenen zaalbouw in drie verdiepingen met een vierkante minaret, als fronttoren, die tevens als hoofdingang fungeert.
Bouwgeschiedenis
Noodmoskee
De Marokkaanse islamitische gemeenschap beschikte al langere tijd over een noodgebouw in de Sint-Lucasstraat. Dit bouwsel bleek echter te klein en aan slijtage onderhevig. Derhalve besloot de gemeenschap zelf een moskee te bouwen.
Huidige moskee
Het bestuur van de Vereniging El Fath nam contact op met architect ir. Marten de Koningh uit Huizen, omdat hij te IJsselstein (Utrecht) al een moskee gebouwd had. De Koningh maakte drie ontwerpen, waarvan het laatste met de dagtekening 13 oktober 1999, werd uitgevoerd. De bouwaanvraag verliep probleemloos. Op de locatie stond een kleuterschool, zodat het perceel al voor bijzondere bebouwing geschikt was en er geen bestemmingsplanwijziging nodig was. De bouwkosten van de moskee El Fath (de vrijheid) bedroegen circa twee miljoen gulden, die volledig door moslimgemeenschap zijn opgebracht. Er werd ook gecollecteerd in moskeeën in Nederland, België en Duitsland. Van de overheid ontving men geen subsidies. De moskee werd eind
Exterieur
De moskee is uitgevoerd in witte baksteen met toepassing van bruine steen voor ornamenten onder de doorlopende raampartij en de boogconstructies. Centraal voor de voorgevel van de moskee staat de vierkante minaret, die aan drie zijden voorzien is van korfbogen. Aan de zijkanten staan glazen puien, aan de voorzijde hangt de dubbele ingangsdeur, die de hoofdingang tot de moskee vormt. Boven de ingang zijn in de voorgevel van de minaret smalle, verticale lichtspleten aangebracht, die doorlopen tot aan de daklijst. Op het dak staat een kleine, inspringende vierkante opbouw met daarop een ui. Deze wordt bekroond door een bol met halve maan. Deze zijn uitgevoerd in goudkleurige kunststof. De voorgevel heeft op de benedenverdieping vier rechthoekige ramen, op de tweede verdieping zijn vier rondboogramen aangebracht. Dit patroon herhaalt zich in de achtergevel. De zijgevels hebben geen ramen. Onder de daklijst zijn doorlopende plexiglazen vensterpartijen aangebracht. De zijgevel aan de Lucassingel heeft tuindeuren. De andere zijgevel bevat, onder een kleine luifel de ingang voor de vrouwen. Hierdoor kunnen zij direct bij hun eigen wasgelegenheid komen. De achtergevel heeft negen rechthoekige en vier rondboogvensters. De boeiboorden van het gebogen met kunststof bedekte dak zijn van groene multiplexplaten. Midden op het dak staat een plexiglas koepel, die bekroond wordt door een bol met ster.
Interieur
Quiblawand met preekstoel en gebedsnis
Tribune voor de vrouwen
De benedenverdieping van de moskee wordt ingenomen door dienstruimtes. Aan de ingangshall ligt links een winkeltje. Rechtdoor komt men uit in een gemeenschapsruimte. Een deur leidt naar een gang waaraan twee leslokaaltjes liggen alsmede toiletten en de wasgelegenheid. Vanuit de gang leidt een trap naar de gebedsruimte. De gebedsruimte voor de mannen neemt de hele eerste verdieping in beslag. In de muur bevindt zich de mihrab (gebedsnis) met daarnaast de nimbar (preekstoel). De tribune voor de vrouwen vormt de tweede verdieping, die eveneens via een trap bereikbaar is. De tribune is kleiner, omdat er over het algemeen meer mannen dan vrouwen de gebedsdiensten bijwonen. Het plafond is licht gebogen en met systeemplaten afgewerkt. In de zijgevels zijn rondboogvensters aangebracht.
(Bron: Dr A. Jacobs en Drs. A.A. Wiekart – Kerken na 1940. Inventarisatie en waardenstelling kerkelijke bouwkunst na 1940 –Roermond – Stichting Monumentenhuis Limburg, 2003)

