HOME
ZOEKTIPS
LINKS en LITERATUUR
ORGELS
LAATSTE WIJZIGINGEN
OVER ONS
DONATIES


LAATST BIJGEWERKT OP 19-04-2024

H. Hart van Jezus

Ga naar site van het gebouw c.q. de parochie
 
Parochie/kerkgemeente: Vincentiusparochies
Dekenaat/kerkverband: Horst
Soort gebouw: Parochiekerk
Plaats: Grashoek
Gemeente: Peel en Maas
 
Adres: Roomweg 46
Postcode: 5985 NV
Coördinaten: x: 193529,779, y: 374797,086
 
Kadastrale gegevens: Helden A 7746
Bouwpastoor/bouwpredikant: P.W.J. van der Sterren
 
Architect(en):
 
Huidig gebruik: R.K. Kerk

 Foto: juni 2009

Ruimtelijke context

De H. Hartkerk staat enigszins aan de rand van het dorp aan een kruising. Tegenover de kerk ligt de pastorie (nr. 1), een bungalow die jonger is dan de kerk. Schuin tegenover de kerk is een gemeenschapshuis gebouwd, dat echter aanzienlijk jonger is dan de kerk. De H. Hartkerk wordt omgeven door grasperken en plantsoenen. Voor de toren zijn enige parkeerplaatsen aangelegd. Op het grasperk bij de toren staat een sculptuur. Met zijn 52 meter steekt de toren boven alles uit en markeert zodoende het dorp.

Type

Georiënteerde, bakstenen pseudo-basiliek met fronttoren. Het interieur is overkluisd. De banken zijn axiaal opgesteld. Het ontwerp leunde sterk op de gotiek.

Bouwgeschiedenis

Noodkerk

Sedert 1918 stond te Grashoek een eenvoudige stenen noodkerk, die toegewijd werd aan het H. Hart van Jezus. De inwoners van Grashoek zamelden geld in om een definitief kerkgebouw op te richten. Jos en Pierre Cuypers jr. maakten daartoe de plannen. De oorlog zette echter een streep door de rekening.

Huidige kerk

Na de Tweede Wereldoorlog ging pastoor Van der Sterren onverdroten door met het inzamelen van geld. Er was al een aardige som bijeengebracht voor de oorlog, maar dat was niet meer toereikend. Een rondgang door het dorp bracht 39.000 gulden op. ‘…een staaltje van prachtige offervaardigheid en overtuiging geven de Limburgse katholieken…”, want Grashoek was geen rijke parochie. ‘Het waren kleine boeren en arbeiders die dit bedrag bij elkaar brachten’, aldus de Maas en Roerbode. Het plan van Cuypers was evenmin uitvoerbaar gezien de hoge kosten die eraan verbonden waren. Er werd besloten ene prijsvraag uit te schrijven onder jonge architecten.  A. van Hezik, A. Schwencke, G. Snelder, J. Turlings en P. Weegels. Weegels trok zich echter terug en in zijn plaats werd E. Hoen benaderd. Het programma van eisen schreef voor dat er 550 zitplaatsen moesten zijn van 90 bij 50 cm. De kerk diende georiënteerd te worden en de bouwkosten mochten inclusief sacristie en toren (tot negen meter) de 185.000 gulden niet overstijgen. De plannen moesten zonder enig herkenningsteken voor 1 oktober 1952 ingeleverd worden bij het bisschoppelijk paleis in de Paredisstraat te Roermond. De tekeningen (een plattegrond, vier gevels, een langdoorsnede en twee dwarsdoorsneden) dienden schaal 1: 100 te zijn. Perspectieftekeningen en maquettes werden niet op prijs gesteld. De vijf bovengenoemde architecten leverden allen een ontwerp in, die, volgens het Dagblad voor Noord-Limburg allemaal goedgekeurd werden. Er was zelfs een ‘fantastisch plan’ bij, dat men echter niet durfde uit te voeren. Helaas is niet bekend van wie dit plan was of wat het behelsde.  De keuze viel uiteindelijk op architect Schwencke. De eerste steen werd gelegd op 25 oktober 1953. De kerk werd op 9 oktober 1954 in gebruik genomen.

Veranderingen

De doopkapel is getransformeerd tot Mariakapel. De doopvont staat thans op het priesterkoor. De Mariakapel is veranderd in een devotiekapel met een beeld van Antonius van Padua. Het altaar is enige meters naar voren gebracht. Het tabernakel is op een uit natuursteen gemetseld voetstuk geplaatst. Deze veranderingen vonden plaats in de jaren 1985-1986.

Exterieur

 Foto: juni 2009

De bakstenen, ongelede klokkentoren is, evenals de rest van de kerk, in kruisverband is opgetrokken. Een dubbele eikenhouten deur geeft toegang tot het portaal. Boven de deur bevindt zich een betonnen latei met daarboven een halfrond timpaan. Een rondvenster is boven de ingangspartij aangebracht om de zangtribune van daglicht te voorzien. Boven in de toren zijn aan elke zijde twee, gekoppelde galmgaten aangebracht die van elkaar gescheiden zijn door een mergelstenen zuiltje met blokvormig basement en dito, gestileerd teerlingkapiteel. De galmgaten zijn keperbogig. Boven de geprofileerde daklijst staat de ingesnoerde met leien gedekte naaldspits. De vier wijzerplaten van het torenuurwerk zijn op de spits gemonteerd. Op de spits staat een ijzeren kruis met vergulde weerhaan. In de linkerhoek van de toren is de hardstenen hoeksteen geplaatst. De eindgevels van het schip, bezijden de toren, hebben vlechtingen, waarover een rollaag loopt. Het schip heeft zeven traveeën, die door steunberen van elkaar gescheiden zijn. Elke travee heeft een keperboogvenster. Rondom de kerk loopt een iets uitspringend trasraam. Boven de steunberen loopt een bakstenen regenlijst. Het koor heeft een 3/8-sluiting. De sluitmuur van het koor is blind, maar heeft wel een nis voor een beeld. De nis is echter leeg. Het zadeldak van het schip is - evenals alle andere daken van de kerk - met leien gedekt en vertoont een knik ter hoogte van de overgang van processiegang naar middenschip. Het koor is even breed als het schip. Het kenmerkt zich door drie gekoppelde keperboogvensters. Op de punt van het dak staat een ijzeren kruis. De voormalige doopkapel staat als semi-onafhankelijk gebouwtje tegen de noordwand van het schip. Vijf korfboograampjes zorgen voor licht. De kapel heeft een 3/8-sluiting. Door een paar kleine details heeft de kapel iets meer cachet dan de rest van de kerk. Zo is het trasraam in verticaal metselwerk uitgevoerd. De regenlijst heeft een muizetandfries met daarboven een laag metselwerk, waarbij de baksteen schuin geplaatst is.

De nok van het kapeldak ligt iets onder de daklijst van het schip. Tegen de noordwand, vlakbij het koor, staat tussen twee steunberen een van een lessenaardakje voorzien zijportaal.

De sacristie staat tegen de zuidgevel van het priesterkoor. Zij is op dezelfde wijze en met dezelfde materialen gebouwd als de kerk. Net als in de doopkapel zijn ook hier korfboogvensters gebouwd. De sacristie heeft een 3/8-sluiting. Op de nok van het dak staat een schoorsteen.

Interieur

Zicht op het priesterkoor. Foto: juni 2009

Zicht op de zangtribune

De kerk betredend via de hoofdingang onder de toren, komt men uit in een portaal. Een dubbele houten deur geeft toegang tot het kerkschip. In het portaal bevindt zich ook de deur naar de zangtribune, die zich met een grote rondboog opent naar het schip. De tribune heeft een houten balustrade. Een rondvenster zorgt er voor daglicht. Het middenschip is met kruisgewelven overkluisd. Tussen de gewelfvelden staan gordelbogen die rusten op de quasi Maaslandse kapitelen. De kapitelen zijn vervaardigd van beton, evenals de zuilen, die echter met tufsteen bekleed zijn. In het koor is een waaiergewelf gebouwd. Rondom schip en koor loopt een smalle processiegang, die eveneens overwelfd is. Het priesterkoor is belegd met tegels uit Naamse steen verheft zich drie treden boven het schip. Het altaar is naar voren gehaald, terwijl het tabernakel op een sokkel twee treden hoog, tegen de achterwand van het koor staat. De banken staan in twee blokken met een middenpad ertussen gericht op het koor. Rechts van de toren is een devotiekapel gebouwd, waar zich een beeld van Antonius van Padua bevindt. De kapel bestaat uit een hoge vierkante ruimte met kruisgewelf en een absis. Linksachter in de processiegang is de toegang tot de voormalige doopkapel, die thans als Mariakapel is ingericht. Het originele hekwerk is nog aanwezig. Men moet een trede afdalen om in de kapel te komen.

(Bron: Dr A. Jacobs en Drs. A.A. Wiekart – Kerken na 1940. Inventarisatie en waardenstelling kerkelijke bouwkunst na 1940 –Roermond – Stichting Monumentenhuis Limburg, 2003).

Orgel

Deze kerk bezit geen pijporgel.

Tabernakel, metaal, geelkoper, J. van Dawen, 1926. Rechthoekig, metalen kluis met geelkoperen deuren. In het midden staat een medaillon in dubbele cirkel met daarin een korf met broden. Het medaillon wordt omgeven door vier gelijkarmige kruisjes.

H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus
H. Hart van Jezus