H. Hart van Jezus
Ga naar site van het gebouw c.q. de parochieParochie/kerkgemeente: | H. Hart van Jezus |
Dekenaat/kerkverband: | Heerlen |
Soort gebouw: | Parochiekerk |
Plaats: | Nieuwenhagerheide |
Gemeente: | Landgraaf |
Adres: | Hoogstraat 137 |
Postcode: | 6373 HR |
Coördinaten: | x: 200132,6675, y: 324481,5375 |
Eigenaar: | Kerkbestuur Parochie H. Hart van Jezus |
Rijksmonumentennummer: | 521672 Code: 6373HR-00137-01 |
Kadastrale gegevens: | Nieuwenhagen B 6531 |
Bouwpastoor/bouwpredikant: | Kallen |
Architect(en): | |
Kunstenaar(s): | |
Huidig gebruik: | R.K. Kerk |
Foto: Sander van Daal
Redengevende omschrijving Rijksdienst voor de monumentenzorg
Inleiding
R.K. KERK H.Hart van Jezus, 1919, in een door het Expressionisme beïnvloede bouwstijl. Gebouwd door aannemer Johan Peter Vreuls, in opdracht van het R.K. Kerkbestuur te Nieuwenhagerheide, naar een ontwerp van architect Joseph Wielders te Sittard. Het eerste ontwerp voor de zuidwestelijke toren is niet gerealiseerd. Het tweede, in december 1922 gemaakte torenontwerp, werd in 1924 uitgevoerd. De kerk is vrijstaand en teruggerooid gesitueerd in de bebouwing aan de noordzijde van de Hoogstraat. De kerk is in dwarsrichting op de Hoogstraat geprojecteerd en ligt nagenoeg in noord-zuidrichting. De in 1917 gebouwde pastorie bevindt zich aan de westzijde van de kerk, tegenover de sacristie aan de noordwestzijde.
Omschrijving
Foto: Sander van Daal
De H.Hart-kerk heeft een in hoofdvorm kruisvormige PLATTEGROND. Aan de noordzijde een trapsgewijs versmallend koor, uitlopend in een halfronde absis. Aan de noordwestzijde, ten noorden van de westelijke kruisarm en ten westen van de absis, de sacristie en de bijsacristie, elk op een rechthoekige plattegrond. Het schip wordt aan de zuidzijde voorafgegaan door twee entreeportalen, waartussen de doopkapel is geplaatst. Daarnaast, aan de zuidwestzijde, de in 1924 gebouwde toren. Aan de zuidoostzijde een klein klokkentorentje, dat de nokhoogte van het schip niet overstijgt. Het schip wordt gedekt door een ZADELDAK. Het koor aan de noordzijde heeft een zadeldak met verlaagde noklijn, de absis een half tentdak. De kruisarmen zijn onder een zadeldak ingestoken op het schip en hebben een deels verlaagde nok. De toren aan de zuidwestzijde alsmede het klokkentorentje aan de zuidoostzijde hebben tentdaken. De uitgebouwde biechtstoel- en beeldennissen aan weerszijden van het schip (tussen kruisarmen en torens), alsmede de uitgebouwde entreeportalen en de doopkapel aan de zuidzijde van het schip worden gedekt door een drietal zadeldakjes. De sacristie aan de noordwestzijde heeft een schilddak waarvan de noklijn in oost-westrichting is gelegd. De bijsacristie en de gangverbinding tussen sacristie en priesterkoor worden gedekt met platte daken. Dakkapellen onder plat op de sacristie en de kruisarmen. De kerk wordt overwegend gedekt door de oorspronkelijke rode HOLLANDSE PANNEN, die op het schilddak van de sacristie en het verlaagde zadeldak boven het priesterkoor zijn vervangen door rode betonpannen. De zadeldaken boven de entreeportalen en de doopkapel aan de zuidzijde van het schip hebben zwarte Tuiles-du-Nord. Het tentdak van de absis heeft rode bitumen shingels. Het gewelfde tentdakje van het klokkentorentje aan de zuidoostzijde heeft leien plus een bekroning in de vorm van een koperen kruis. Het tentdak van de grote zuidwestelijke hoektoren heeft leien en een bekroning in de vorm van een weerhaan. Daktegels op de wangen van de dakkapellen. Bakgoten. Het kerkgebouw is opgetrokken op een basement van KUNRADER STEEN. BAKSTENEN gevels, gemetseld in kruisverband, met open voegwerk in de liggende voegen en volle staande voegen. Stalen VENSTERS met glas-in-lood, overwegend spitsboogvormig en rond. Rechthoekige houten DEUREN met beslag. Pleisterwerk met decoratieve elementen. Hardsteen. Het schip is 13.60 meter BREED, de afstand tussen de geveluiteinden van de kruisarmen bedraagt 25.38 meter. De totale LENGTE van de kerk is 41.30 meter. De nok van het schip bevindt zich op 20 meter HOOGTE boven peil, de zuidwestelijke torenspits reikt tot 35.80 meter. De GEVELS van de kerk zijn, naast de liggende open voegen, voorzien van tal van decoratieve elementen die het gebouw een expressieve uitstraling geven: decoratieve kroonlijsten bestaande uit rollagen, bloktanddecoraties met zwarte koppen en strekken; strekken met geprofileerde zwarte koppen; stucwerk kaderlijsten in de kruisarmen, het schip en de torens waarin blokmotieven zijn aangebracht, die afwisselend een horizontale en verticale belijning hebben; gepleisterde en getrapte kroonlijsten; gepleisterde topgevelvelden deels met verticale voegen, deels met kruisornamenten; hoeklisenen; zich verjongende steunberen, etc. Het aanzien van de kerk aan de NOORDZIJDE wordt bepaald door de rond uitgebouwde absis, uitlopend in een meerzijdige kroonlijst en voorzien van een tentdak. Daarachter de in hoogte oplopende en in breedte toenemende gevels van het koor en het schip, elk in de top voorzien van een gepleisterd driehoekig gevelvlak, een decoratieve kroonlijst, lisenen en/of zich verjongende steunberen. Zowel het koorvolume als het schip hebben in beide korte zijgevels benoorden de kruisarmen een stalen spitsboogvenster met glas-in-lood. De noordzijde biedt een nagenoeg gesloten aanblik, behoudens de SACRISTIE aan de noordwestzijde. De sacristie heeft in de oostelijke zijgevel naast de absis een rechthoekige houten deur, waarboven een aanzienlijke strek. In de gevel boven deze deur een drietal zeer smalle rechthoekige vensters met gekleurd glas in ruitvormig motief. De van hoeklisenen voorziene lange noordgevel heeft vlak boven het basement een tweetal rechthoekige, thans geblindeerde vensters met grote strekken. Daarboven, centraal in de gevel, twee smalle gekoppelde stalen spitsboogvensters met glas-in-lood en een gezamenlijke, gecementeerde vensterdorpel. In de westgevel zijn drie soortgelijke, gekoppelde vensters geplaatst. Deze vensters hebben een dubbele rollaag, waarvan de bakstenen deels zijn gezwart. Tussen de sacristie en de noordgevel van de westelijke kruisarm ligt het enigszins teruggerooide volume met bijsacristie en entree onder plat. Een rechthoekige houten entreedeur met beslag, bereikbaar via een trap met vijf hardstenen traptreden tussen gecementeerde keermuren, waarop naderhand een leuning is aangebracht. Boven de deur een rond stalen venster met glas-in-lood, in de omlijsting voorzien van een waterspuwer. In de bijsacristie twee spitsboogvormige stalen vensters met glas-in-lood en gezamenlijke gecementeerde vensterdorpel. De OOST- en WESTGEVELS van de kerk zijn nagenoeg identiek. Trapsgewijs in hoogte afnemende KRUISARMEN, in de topgevels voorzien van een gepleisterd driezijdig topgevelvlak. De topgevels van de op het schip ingestoken hoge kruisarmdelen hebben smalle rechthoekige vensteropeningen. Vijf in hoogte toenemende stalen spitsboogvensters met glas-in-lood in de korte westelijke respectievelijk oostelijke kruisgevel. De drie blinde aan beide zijden van het korte, hoge schip uitgebouwde biechtstoel- en beeldennissen onder zadeldaken hebben gepleisterde topgevelvlakken en lisenen. Boven deze uitbouwen zijn in beide wanden van het schip vijf in hoogte variërende stalen spitsboogvensters met glas-in-lood en gecementeerde dorpellijst geplaatst. In de zuidgevel van de westelijke kruisarm bevindt zich een zij-ingang, waarin een rechthoekige houten deur met beslag onder een gepleisterde frontonvormige latei. Vijf bakstenen traptreden met hardstenen bovenafdekking tussen gepleisterde zijmuren. Achter de kleine zuidoostelijke toren wordt de uitgebouwde reeks nissen beëindigd door een zich verjongende steunbeer. De kleine TOREN aan de zuidoostzijde heeft zeer smalle, overwegend verdiept geplaatste trappenhuisvensters met gekleurd glas-in-lood in ruitmotieven. Rondboogvormige galmgaten. De uit 1924 daterende TOREN aan de zuidwestzijde heeft in elke vrije gevelzijde, vlak boven het basement in Kunrader steen, twee ronde stalen vensters met glas-in-lood in een decoratieve bakstenen omlijsting met waterspuwer. Daarboven, tussen twee lijsten met gestucte kaders, in elke vrije gevelzijde twee gekoppelde stalen spitsboogvensters met glas-in-lood en gezamenlijke gecementeerde vensterdorpel. Vervolgens reeksen van drie smalle en horizontaal ingedeelde stalen vensters, verdiept geplaatst in een trapsgewijs uitgemetselde verticale omlijsting. Boven deze omlijsting heeft de toren aan elke gevelzijde een uurwerk. Onder de spits en boven de uurwerken is de toren enigszins ingesnoerd en ter plaatse rondom voorzien van vijf spitsboogvormige galmgaten per gevelzijde. Aan de ZUIDGEVEL van de kerk bevindt zich een reeks van drie uitbouwen onder zadeldaken, onderling geleed door lisenen. Gepleisterde topgevelvlakken. Het betreft een een tweetal entreeportalen met in rondboognissen geplaatste, rechthoekige dubbele houten deuren met beslag. Tussen beide entreeportalen de doopkapel met drie in hoogte variërende spitsboogvensters, voorzien van glas-in-lood. Centraal in de gevel een aanzienlijk rond stalen venster met stervormige geleding, in een omlijsting met waterspuwer. Aan weerszijden van dit venster twee ruitvormige gevelstenen met allegorische voorstellingen. Gepleisterd topgevelvlak met keramisch kruismotief. Een tweedelig smeedijzeren HEKWERK tussen pijlers van Kunrader steen geeft aan de noordzijde achter de sacristie toegang tot het kerkhof.
Zicht op het priesterkoor (foto via pastoor Bouman)
De H.Hartkerk is een kruiskerk met een aanzienlijk koepelgewelf in de viering; spitsbooggewelven in de kruisarmen, boven het priesterkoor en het zangkoor; een kruisribgewelf boven het schip. Het eenbeukige schip heeft aan beide zijden twee biechtstoelen en een beeldennis. Lambriseringen in geglazuurde baksteen, bestaande uit een rode plint met een witte lambrisering in Vlaams verband, afgesloten door een gele bakstenen strek met blauwe koppen. Boven de lambriseringen zijn de wanden wit gepleisterd. Geel geglazuurde bakstenen gewelfribben met pleistervelden. De vloer in het priesterkoor is uitgevoerd in meerkleurig terrazzo. In dit INTERIEUR zijn onder meer van belang het door architect Joseph Wielders ontworpen oorspronkelijke kerkmeubilair; de authentieke houten deuren; het perenhouten hoog-reliëf voorzijde van altaar, 1930, afkomstig van een kleine communiebank; een houten Barbarabeeld met enige polychromie, vervaardigd door H. Geelen te Roermond, XIXb; een houten H.Hartbeeld, zonder polychromie, ca. 1900; een houten H.Rochusbeeld met hond, zonder polychromie, ca. 1900; een houten Calvariegroep, XXa; een missiekruis met eikenhouten balk en zinken corpus, ca. 1921; de glas-in-lood-ramen in het schip, 1925, voorstellend de heiligen Jozef, Anna, Agnes, Aloysius, Gerardus, Barbara, Margaretha, Maria Alacoque en Johannes Evangelist; de schildering in de koepel- en kruisgewelven van Jac. Verheyen, XXb, voorstellend de Verdrijving uit het paradijs, Bethlehem, Hof van Olijven, Verrijzenis, Laatste Avondmaal, Hemel, Hel, Mozes met de slang; de schilderingen in de absis van Jac. Verheyen, 1925, voorstellend: Lam met kruisvaan, aan weerszijden achtereenvolgens Maria, Johannes de Doper, Petrus, Paulus, Johannes Ev., en Michael.
Zicht op de zangtribune. Foto: november 2006
Waardering
De H.Hartkerk te Nieuwenhagerheide is van cultuurhistorische waarde en vertegenwoordigt algemeen belang als exponent van het regionale geestelijke leven in het eerste kwart van de twintigste eeuw. De architectuurhistorische waarden worden bepaald door de expressionistisch beïnvloede bouwstijl. De kerk betreft het tweede gerealiseerde en thans oudst resterende kerkontwerp van de Sittardse architect Jos. Wielders en is, mede vanwege de toepassing van expressionistische elementen, van belang in de ontwikkeling van zijn oeuvre. De kerk kenmerkt zich door een opvallende materiaaltoepassing en een bijzondere ornamentiek. De kerk is vanwege de situering verbonden met de ontwikkeling van de mijnstreek in het eerste kwart van de twintigste eeuw en van belang voor het aanzien van de gemeente Landgraaf. De H.Hartkerk beschikt, zowel wat betreft exterieur als interieur, over een hoge mate van architectonische gaafheid. Ook is het gebouw van belang voor de visuele gaafheid van de bebouwde omgeving. Bovendien beschikt de kerk vanwege de toegepaste bouwstijl, mede vanwege de relatieve ouderdom, in regionaal opzicht over een redelijke architectuurhistorische zeldzaamheidswaarde. (Datum: 12-01-2001).
De kerk is in de jaren 2002-2005 volledig gerestaureerd.
Orgel
Foto: november 2006
In 1933 plaatste Verschueren Orgelbouw (Heythuyzen) in deze kerk een tweemanuaals orgel.
Hoofdwerk Positief Pedaal
Bourdon 16’ Fluitprestant 8’ Subbas 16’
Prestant 8’ Aeoline 8’ Zachtbas 16’
Viola da Gamba 8’ Holpijp 8’ Octaaf 8’
Bourdon 8’ Voix celeste 8’
Octaaf 4’ Roerfluit 4’
Fluit travers 4’ Woudfluit 2’
Mixtuur III Hobo 8’
Trompet 8’
Bron : G.M.I.Quaedvlieg – Orgeldocumentatie Limburg (Stadsbibliotheek Maastricht)
Voor informatie over het Dekenaat Heerlen zie ook http://www.dekenaatheerlen.net/